Kinderhulper Anna kwam als oud-maatschappelijk werker bij gezinnen achter de voordeur. Daar zag ze het effect van onze hulp op ouders en kinderen. Maar ook jongeren: “vanaf je 18e ben je bij wet volwassen, maar kun je ook al die verantwoordelijkheden dragen?”.

Webafbeelding column

Net 19 jaar was ik, toen ik op mezelf ging wonen op 1,5 uur rijden bij mijn ouderlijk huis vandaan. Mijn ouders waren heel blij voor me, en trots. Vooral mijn moeder vond het ook lastig. Ik was de eerste die de deur uit ging. Ze wilde me dan ook graag helpen bij mijn uitzet en alles wat daarbij hoorde. Zelf was ze nooit op kamers gegaan, en ze gunde mij deze stap van harte. Eigenwijs als ik was, met mijn 19 jaar, wilde ik het allemaal zoveel mogelijk zelf regelen. Maar zodra we bij de kassa kwamen, vond ik het toch wel fijn dat mijn ouders afrekenden voor alle spulletjes die ik nodig had. 

En dat was nogal wat. Een bed, gordijnen, bureau, fiets en andere spullen. Een boedelbak vol, waarmee we op een zaterdag in augustus vertrokken. Daar ging ik dan echt! Mijn nieuwe kamer maakten we helemaal schoon, en samen richtten we ‘m in. Voor het studentenhuis maakten we een foto om het moment te markeren, en voor ik het wist stond ik mijn ouders uit te zwaaien die wegreden met een lege boedelbak. Had ik nou goed gezien dat mijn moeder natte ogen had? 

Het viel me op dat lang niet al mijn huisgenoten zoveel hulp kregen. We gebruikten vooral mijn pannen, borden en bestek, want niet iedereen had wat meegekregen vanuit “thuisthuis”. En waar mijn ouders mijn ziektekostenverzekering bleven betalen, waren er ook huisgenoten die dit zelf moesten doen. In korte tijd leerde ik hoeveel geluk ik had. Ik was (en ben) hen dankbaar dat ze een spaarpotje hadden opgebouwd om mij te helpen, in die eerste jaren naar zelfstandigheid toe. Vanuit het ouderlijk huis, altijd paraat op afstand. Niet alleen financieel, maar ook voor vragen. Want wat te doen bij een overstroming in de bijkeuken, mot met de huisbaas of het maken van die ene pasta?

"In korte tijd leerde ik hoeveel geluk ik had."

Bij Kinderhulp krijgen we geregeld aanvragen voor jongeren die niet zo’n vangnet hebben. Jongeren die er alleen voor staan, of wiens ouders geen geld hebben voor een uitzet of studie. Zij zijn meer afhankelijk van de hulp van buitenaf. Vanaf je 18e ben je bij wet volwassen, maar kun je ook al die verantwoordelijkheden dragen? Zie je hoofd maar eens bij je studie te houden, wanneer je je zorgen maakt over je huurkosten of zorgverzekering. Kinderhulp helpt jongeren tot 21 jaar met zaken als studiematerialen, spullen om op jezelf te wonen of een fiets om naar stage te kunnen. Daarmee hopen we de armoedestress te verminderen en helpen we hen uit de armoede te klimmen.

Welgeteld drie weken heb ik op mezelf gewoond, voor ik alweer terugviel in mijn vangnet. Met een gescheurde enkelband kon ik direct weer bij mijn ouders terecht. En na een week ging ik met krukken terug naar mijn huisgenoten. Op kamers. Ik hield er rijke ervaringen en vrienden voor het leven aan over. 

Kinderhulp is er voor alle kinderen én jongeren tot 21 jaar. Dus ook voor jongeren zonder vangnet, die een steuntje in de rug goed kunnen gebruiken. Met bijvoorbeeld hun kamerinrichting, bijdrage aan een laptop of andere opleidingskosten. Iets dat ze de kracht geeft om mee te doen.

Lees meer over onze hulp aan jongeren

Leestip

Column: Bij mij thuis

Kasper van Kooten – ambassadeur van Kinderhulp – klimt regelmatig in de pen over kinderarmoede. In zijn nieuwste column in de Libelle schrijft hij over vrienden thuis uitnodigen. En wat voor stress dat met zich meebrengt, als je het kleinste huisje hebt van iedereen…

Lees verder